Frits
Wollrabe (70 jaar)
In
de Bijbellezingen tijdens de uitvaart werd er geklopt op een deur. Aan de ene
kant staat Jezus, aan de andere kant een mens. Aan de ene kant is de aardse
tijd en aan de andere kant de oneindige eeuwigheid. Het lijken werelden van
verschil, totdat iemand luistert naar het kloppen en de deur opent. Op zijn
eigen eenvoudige wijze heeft Frits precies dat gedaan. Niemand klopte
tevergeefs bij hem aan, hij kon geen nee zeggen. Frits werd geboren in Jakarta,
waar zijn vader bij de overheid werkte. Het gezin moest de geboortegrond
verlaten en verhuisde naar Roosteren en vandaar naar Echt. Als lasser moest
Frits een masker dragen, maar wanneer hij naar de wereld keek, dan deed hij dat
met een open blik. Frits zag de natuur, de schepping, de mensen die hem lief
waren en hij legde dat vast in foto’s en schilderijen. Meerdere keren bezocht
hij met zijn familie de Gordel van Smaragd. Frits woonde graag in de
Tulpenstraat, waar hij werkte in de tuin en een praatje maakte met zijn buren.
Hij was attent en hulpvaardig. Het overlijden van zus Saskia en zijn Moeder
deed hem veel verdriet. Vaak bezocht hij het kerkhof, om dicht bij hen te zijn.
Frits was zeker ook een gelovig mens. Hij hield de deur open naar God en
bezocht Maria in de Kapel in ’t Zand. Daar moet je vertrouwen in hebben!,
zei hij dan. Heel onverwacht werd er geklopt op de deur van zijn leven.
Frits deed open en ging met zijn Heer mee naar een Land zonder grenzen, Zoals
een liedtekst het zegt:
Zie Ik sta aan de deur
en Ik klop
Als je Mijn stem
verstaat komt alles goed
Als je de deur van je
hart open doet
en Mij binnenlaat, komt
alles goed.